Kaal of speciaal

Hij is heel vaak het mikpunt van hoon en spot. Hij is geridiculiseerd in volksliedjes. In cabaretvoorstellingen. In burgerpoëzie. Beschimpt op TV. Door journalisten van naam en faam. Recensenten haalden hem genadeloos onderuit. Een dagbladredacteur noteerde “Er hangt een kwade reuk, een lasterlijke mythe omheen.”

Het lijdt geen twijfel en hoeft geen betoog. Wij Nederlanders hebben met hem een hartgrondige haat-liefdeverhouding. Hij lijkt de vleesgeworden bijbelse spreuk Wat men lief heeft, kastijdt men. Misschien is hij zo bekeken wel een icoon, hét symbool van ons laatste wanhopige calvinistische verzet tegen stiekeme lustbeleving. Elk jaar eten wij Nederlanders 600 miljoen frikandellen. Meestal kaal of speciaal. Maar wel met de N van Nico.

 

Ubel Zuiderveld
Foodservicewatcher, vakdeskundige in de consumptie buitenshuis. Sinds 1991 publiceert hij bovendien boeken en artikelen over de frituurcultuur.