Mondriaan

Piet Mondriaan, onze Rembrandt van de twintigste eeuw, leefde als een autistische kluizenaar. Rookte als een ketter. Wilde dat zijn bord en bestek altijd volkomen synchroon lagen. Kookte linzen op de potkachel in zijn Parijse atelier.

In 1920 kreeg Mondriaan een frituurpan cadeau. Frituren was in de Parijse volksmond populair. Men frituurde in grote pannen vet op vuurketels. In portieken, op terrassen en houten karren. Frites Pont Neuf, dikke maanvormige aardappelstukken.

In een brief naar Nederland schreef Mondriaan “Ik eet teveel vette hap.” Vette hap, hij schreef het letterlijk. In Nederland droeg men nog nauwelijks kennis van gefrituurde aardappelstukken. Mondriaan is misschien wel de uitvinder van deze geuzennaam, vette hap dus.

 

Ubel Zuiderveld
Foodservicewatcher, vakdeskundige in de consumptie buitenshuis. Sinds 1991 publiceert hij bovendien boeken en artikelen over de frituurcultuur.